Grondwettelijk Hof fluit Vandenbroucke terug
Buurtsuper.be haalt slag thuis in procedure rond verkoopverbod tabak in supermarkten groter dan 400 m²

Buurtsuper.be heeft in 2024 een procedure opgestart bij het Grondwettelijk Hof met de vraag om de wet te vernietigen die voedingswinkels boven de 400 m² een verkoopverbod van tabak oplegt. Buurtsuper.be baseerde zich hierbij op het gelijkheidsbeginsel waarbij de ene (voedings)winkel niet mag gediscrimineerd worden ten aanzien van de andere. Het Hof geeft de organisatie nu gelijk en oordeelt dat dit verkoopverbod discriminerend is ten opzichte van kleinere voedingswinkels.
Niet redelijk verantwoord
In het licht van de doelstelling van de wetgever om de volksgezondheid te beschermen, is het volgens het Hof niet redelijk verantwoord dat de oppervlakte van een voedingswinkel een verband houdt met de gezondheidsrisico's van tabaksproducten en het is niet aangetoond dat die kleinere voedingswinkels een ander publiek zouden aantrekken dat minder vatbaar is voor die gezondheidsrisico's. Het is eerder het onderscheid tussen voedingswinkels onderling dat tot concurrentievervalsing kan leiden.
Het Hof handhaaft wel de gevolgen van die bepaling tot 31 december 2026, zodat de wetgever de ongrondwettigheid kan verhelpen en de bijkomende bescherming van de volksgezondheid die de vernietigde bepaling biedt, niet in het gedrang wordt gebracht.
Constructief
Buurtsuper.be betreurt het dat zij niet voorafgaandelijk door de bevoegde minister is geraadpleegd, maar blijft bereid om samen een oplossing te zoeken die de volksgezondheid ten goede komt, zonder daarom ondernemingen op een ongeoorloofde wijze te discrimineren. De organisatie denkt hierbij aan een onderscheid waarbij ondernemers zelf beslissen of ze voeding dan wel tabak wensen te verkopen, dus niet de twee samen. Het begrip 'voedingswinkel' dient dan ook duidelijk en rechtlijnig te worden gedefinieerd. Ofwel verkoopt men voeding ofwel verkoopt men tabak.
Buurtsuper.be doet nu een beroep op de regering om zo snel mogelijk uitgenodigd te worden en niet te wachten tot 31 december 2026 om de vastgestelde discriminatie te kunnen verhelpen.